Maandelijks archief: december 2006

Patagonië

Inmiddels zit ik in Patagonië, heel zuidelijk Chili. Het stadje heet Coyhaique (Tehuelche voor “Goeie plek om te wonen”) en is met ca 40.000 inwoners het grootste dat ik tegenkom voor Punta Arenas, dat ligt op de grens met Vuurland. De omgeving is geheel anders dan Argentijns Patagonië dat plat is en alleen wind kent. Storm eigenlijk voornamelijk. Hier heb je veel prachtige bergen (zie bijv. www.patagoniachile.com)

Averij heb ik nog erg weinig gehad behalve dat door het rijden van een ongelooflijk lastige cuesta met veel losse keien, kiezels en grind, in de stromende regen ik ter plekke mijn door die tocht versleten remblokjes moest vervangen en ik twee dagen eerder langer in Puyuhuapi moest blijven dan gewenst doordat mn voorderailleur helemaal scheef trok. Magoed, ook dat heb ik gefixed.

Gisteren kwam ik vlak voor vertrek een andere fietser tegen, een Belg blijkt en samen zijn we nu in Coyhaique en gaan we een stukje verder. Bedoeling is dat we met Kerst in of voorbij El Chaltén zijn. Hij in, ik voorbij. El Chaltén is eerste stadje/dorpje in Argentinië na een ploeterende tocht door (o.m.) drassig land die we moeten ondernemen om vanuit Villa O’Higgins (einde van de Carretera Austral) naar Ushuaia en evt. verder te kunnen komen. Vanuit Ushuaia gaat nl. geen gewone bootservice naar Puerto Williams (zuidelijkste permanente bewoning van Z-Amerika). Daar zal ik moeten kijken of ik voor ca US $100 een retour met een Zodiac (groot uitgevallen dingy, rubberboot met motor, wat je mischien kent van Greenpeace acties) kan regelen. Als dat niet lukt eindigt het bij Ushuaia voor mij. Daarna ga ik terug naar Puerto Natales, met de boot naar Puerto Montt en dan weer een stukje oostwaarts naar Argentinië zover de tijd strekt. En dan uiterlijk de 21e januari naar Buenos Aires toe. Dat is bijna 24h bussen. Als Puerto Williams wel lukt, doe ik voorgaande ook, maar heb ik minder tijd daarvoor 😉

Tot Punta Arenas zult u waarschijnlijk niet meer direct van mij horen: geen internet en dergelijke. Met wat mazzel nog wel een Centro de llamadas, zodat ik naar huis kan bellen. Met SMS probeer ik het thuisfront in elk geval te laten weten dat ik nog steeds onderweg ben.

Oja, en die ouwe moordenaar wordt vandaag begraven en er zijn rellen in Santiago enzo. Jammer. Ik hoopte dat ze z’n leven konden rekken en dat ie kon genieten van de spanning die een nieuw proces zou opleveren. Zoveel mensen als ie heeft laten vermoorden (mijn fietsenmaker sprak over 20.000) verdient ie een speciale hel. Helaas is het hiermee niet over: Hij heeft nog veel mensen die best veel van zijn ideeën delen en die macht hebben. Een van zijn laatste daden als dictator was het verkopen van alle water en energie in Chili aan Endesa (spaans concern) dat nu in Patagonië stuwdammen wil plaatsen in de rivieren en enorme stroken land wil vrijmaken van oerbossen om buizen en dergelijke te leggen. En je moet niet denken dat de mensen hier er direct wat aan hebben: het gaat allemaal naar Santiago en de industrie in de Centrale vallei (waar Snatiago dus ook ligt). De mensen hier zijn blij met de door Pinochet geinitieerde Carretera Austral – die dikwijls allesbehalve een goede weg, laat staan snelweg is. Maar verder kan ie doodvallen voor ze. En dat heeft ie dus ook gedaan. Alleen te vroeg want ongestraft.

Juan

Dan kom je doodmoe in Quellón waar de volgende dag de boot naar het vasteland gaat. En je had de ochtend al gehoord dat die niet om 16.30 gaat wat je gids meldt (noch van Navimag of Transmarchilay is) maar om 12h gaat. Daar gaat je plan voor twee korte rustige dagen. En als je dan tegen het vallen van de avond (uur of negen) aankomt blijkt dat het eerste adres uit je gids voor logies niet meer meedoet, het tweede een Hogar de Christo is en geen gewone herberg. Dan schiet het allemaal geen meter op. Behalve dan dat je wel op tijd bent aangekomen om de volgende dag desnoods om acht uur als het zou moeten de boot te pakken. Ook de politie kan je niet helpen, maar dat is achteraf ook niet nieuw, die zijn gewoon niet slim.

En dan stopt er terwijl je in het schemerdonker een voorbijganger vraagt, een lokale fietser “hallo, hoe gaat het?” “Goed, maar ik zoek logies die hier ergens zouden moeten zijn.” Na wat gedelibereer (ik sta tegenover een hotel blijkt) vraagt hij: heb je een tent? “Ja.” “OK, dan kun je met mij mee. Ik moet wel werken vannacht maar da´s geen probleem”. Tien minuten sjeezen en we komen in een soort ´bungalowpark´aan waar we de fietsen in een open schhur/stal zetten. Ernaast staat een quincho, een  groot achthoekig houten gebouw (grotere oppervlakte dan mijn huisje iig.) waar hij via een raam naar binnenklimt om de sleutel van het hangslot te pakken. Het blijkt dat hij daar woont en werkt. Het gebouw bestaat afgezien van wc´s en keuken uit één grote ruimte. Met in de hoek naast de ingang een houtkachel voor de verwarming. We zitten nog steeds op Chiloé, het grote eiland in Zuid Chili, dat ik vooral in het Zuiden erg mooi vind wegens de wat ruigere natuur (veel struikgewas en wilde bomen) en wegens de ´spontaan´aandoende land- en bosbouw – het lijkt vrij ongeorganiseerd.
De man in kwestie heet Juan, is van Griekse afkomst en technisch-maatschappelijk gezien een drop-out: hij was zeeman, heeft in allerlei steden in Chili gewoond en op allerlei havens gevaren in het Zuiden hier ook. Ook wel een aantal buiten Latijns-Amerika, maar het beviel hem niet. Wel het varen op zich maar niet als beroep. Sindsdien is ie na omzwerrvingen hier in Quellón terecht gekomen en verdient de kost met afentoe grote eetfeesten in zijn huis te geven: er staat een grote spit voor carne a las brasas (vlees aan het spit dus), je kunt er barbecuen en de keuken is eenvoudig maar voorzien van genoeg bestek, grote pannen e.d. om een gezelschap te kunnen voorzien van voldoende eten.

Vanmiddag komt een vriend helpen met broodjes bakken (pan amasado) want er is vanavond weer een vreetfestijn: jubileum ofzo voor 25 personen. A CL$4000 p.p. kan Juan weer een tijdje voortleven.

Ik heb er op de betonnen vloer geslapen lekker bij de brandende houtkachel op mn matje in mn slaapzak. Wel me voorgesteld als Mija (Spaanse spelling voor Micha); in het halfduister weet het niet precies hoe wie wat. Maar alles is oké en hij was ook oprecht. Beetje vreemd typ maar och.. ben ik zelf ook op mijn manier tenslotte.

No probs, wel veel gebrul van honden de hele nacht (je hebt echt erg veel honden in Chili, voor de veiligheid van de mensen en hun spullen vooral) maar goed fit wakker geworden weer. Nu naar het vasteland weer, en morgen begint De Carretera Austral.